Verdieping: Spelregels voor participatie

juni 2021

Steden zijn complexe 'systemen'. Ze veranderen voortdurend onder invloed van allerlei factoren: soms langzaam, dan weer snel. Hun ontwikkeling sturen is daardoor ook niet eenvoudig, en meer dan een kwestie van 'data + kennis' toepassen. Meewegen van de behoeften, belangen en beleving van gebruikers van de stad is tegenwoordig niet meer weg te denken. Maar hoe doe je dat verantwoord en constructief? En hoeveel ruimte is er voor bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties in het meebepalen van de toekomst van 'hun' stad? Is participatie per definitie een sleutel tot succes? En zo ja: wat zijn dan de spelregels?

Samen de stad mooier maken

Stads- en dorpscentra zijn al eeuwenlang plekken waar mensen samenkomen, handeldrijven, spullen kopen, elkaar ontmoeten en verhalen en nieuws uitwisselen. De vitaliteit en het functioneren van deze ‘knooppunten van bedrijvigheid’ hangen nauw samen met de mate waarin en de manier waarop alle publieke en private partijen actief deelnemen, elkaar verstaan én begrijpen. Gebieden waar de krachten en belangen zijn gebundeld, en zijn vertaald in gemeenschappelijke en verbindende doelen en resultaten, zijn vrijwel altijd succesvoller in het realiseren van hun doelen dan gebieden waar ‘ieder voor zich’ opereert.

Wie doet mee?

Actief bij hun omgeving betrokken en participerende bewoners, ondernemers en maatschappelijke organisaties die mede richting geven aan de stad. Het klinkt mooi, het ís ook mooi, maar de praktijk is niet eenvoudig. De eerste vraag is wie er mee willen doen en wie niet, en of er daarmee een goede afspiegeling ontstaat. De een neemt deel vanuit betrokkenheid bij de wijk of buurt, een ander is inhoudelijk gemotiveerd en weer een ander wil iets voorkomen. De volgende vraag is wat alle partijen delen en gemeenschappelijk hebben, naast de eigen belangen en doelen. Een gezamenlijk kader om naar veranderingen te kijken, een collectief probleem of een gedeelde ambitie om aan te werken, zijn vaak een goede basis om ook concreet samen te werken. En als de startvragen zijn beantwoord, spelen er nog praktische zaken als: hebben alle deelnemers ook voldoende kennis, vaardigheden en tijd om mee te denken, bijvoorbeeld over ruimtelijke plannen?

Spelregels 

Een vruchtbaar participatieproces ontstaat dus niet vanzelf. Als gemeente of onafhankelijk expert moet je aan de bak en betrokken blijven om er voortdurend input en betekenis aan te geven. Dat vraagt om regelmatig reflecteren op de planning, permanent toegang en ondersteuning bieden én heldere spelregels opstellen voor alle participanten.

In het NWO-Verdus onderzoeksproject R-LINK bekeken onderzoekers vanuit welke invalshoeken kleinschalige initiatieven in gebiedsontwikkeling kunnen bijdragen aan het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Zij onderzochten 14 praktijkvoorbeelden in Nederland en kwamen tot vier spelregels. 

1. Wees concreet én flexibel 

Burgers raken in de regel pas geïnteresseerd als een plan of voorstel enigszins concreet is. Dan zijn immers ook de doelstellingen helder. Door verschillende scenario’s voor te leggen, wordt het gemakkelijker om te reageren. Belangrijk is ook om participatie niet te beperken tot een apart afgebakende fase in een project, maar doorlopend open te staan voor nieuwe ideeën, wensen en aanvullingen die een plan of project kunnen verrijken.

 2. Wees bewust van diverse stakeholders en belangen

Wíé er participeert, of zou moeten participeren, is niet alleen afhankelijk van de plek waar een ontwikkeling plaatsvindt, maar ook van de inhoud van het plan. Het besef dat ontwikkelingen altijd uiteenlopende stakeholders raken, is cruciaal. Al deze belanghebbenden kunnen een project bevorderen en versterken, maar ook belemmeren als ze zich ongehoord voelen. 

3. Maak meedoen eenvoudiger en sneller

Een bewoner heeft doorgaans geen affiniteit met ruimtelijke ontwikkelingen. Complexe, langdurige procedures in onbegrijpelijke ambtelijke taal schrikken af en komen de betrokkenheid niet ten goede. Heldere procedures, een duidelijk aanspreekpunt en het spreken van de taal van zowel de overheid, ondernemers als bewoners zijn succesfactoren.

4. Kijk verder dan winstmaximalisatie 

De toegevoegde waarde van bewoners, ondernemers en andere kleinschalige partijen in participatietrajecten, delft nogal eens het onderspit tegen (grote) commerciële ontwikkelaars. Hiermee verdwijnt onbedoeld ook vaak het onderscheidend vermogen, dat het gebied aantrekkelijk maakt en voor betrokkenheid zorgt. Niet uitsluitend een financiële bril opzetten en oog en oor hebben voor de zienswijzen en belangen van álle partijen, voorkomt dit.   

Spelregels als deze helpen de mogelijkheden en onmogelijkheden van participatie beter te beheersen. Door te werken met verschillende waarden, ontstaan regelmatig verrassende verbindingen tussen mensen en doelen. Stad & Co faciliteerde onlangs een bewonersbijeenkomst voor het Heineken Dutch Grand Prix evenement, dat in september in Zandvoort plaatsvindt. In Den Haag begeleidt Stad & Co de ontwikkeling van het Binnenstadsplan 2030 in samenspraak met alle relevante stakeholders – inclusief bewoners! – van de Haagse binnenstad. 

Binnenstadsplan Den Haag 2030

In de Haagse binnenstad komen alle uitdagingen van een moderne stad bij elkaar. Er liggen opgaven op het gebied van onder meer retail, cultuur, openbare ruimte, sociale cohesie, klimaatadaptatie en mobiliteit. Het nieuwe Binnenstadsplan 2030 moet richting geven aan alle binnenstadspartners hoe hierop in te spelen.

Stadsbreed proces

Stad & Co (bege)leidt de totstandkoming van het nieuwe Binnenstadsplan, samen met stedenbouwkundig bureau RUIMTEVOLK. Er is een uitvoerig participatietraject ontwikkeld.

Door afwisselend in gesprek te gaan met de gemeentelijke experts (Kennislab) en de experts uit de binnenstad (Binnenstadslab), krijgt het toekomstperspectief voor 2030 steeds meer vorm. Zo lagen tijdens de vorige sessie met Kennislab drie scenario’s op tafel die elk een andere uitvergrote ‘stip op de horizon’ schetsen. De lab-deelnemers gingen na en beargumenteerden welke componenten gewenst waren, en welke juist niet? Lector Cees-Jan Pen van Fontys Hogescholen deelde als externe expert ook zijn kijk, gevoed door ontwikkelingen in andere binnensteden. 

“Op een spontane manier kwamen dankzij de scenario’s vrijwel alle actuele binnenstadsissues aan bod. Mooie bijvangst was dat de medewerkers van de diverse beleidsterreinen echt in gesprek gingen en integraal denken werd gestimuleerd.”

– Cees-Jan Pen, lector Ondernemende Regio, Fontys

De kracht van keuzes

Als er bijvoorbeeld wordt gekozen voor een veel groenere binnenstad, heeft dit gevolgen voor het gebruik van de openbare ruimte voor andere doeleinden. In Den Haag wordt de komende tijd een groot aantal van dit soort dilemma’s besproken met de verschillende stakeholders. Op grond van hun gesprekken ontstaan de eerste belangrijke keuzes. De vervolgstap is dat de héle stad mag meedenken over hoe die keuzes het beste kunnen ‘landen’ in verschillende gebieden. In hùn binnenstad van de toekomst.

Meer weten?

Ook aan de slag met een participatietraject? Neem contact op met Stad & Co.

meer weten?

 

Farzad Ghaus

oprichter en managing partner
mail mij     LinkedIn